📈 Waarom we in een uniek moment van de geschiedenis op aarde leven
Een nieuwsbrief over ondergewaardeerde ideeën
Soms lees je een boek dat alles in een nieuw daglicht stelt. Het onlangs verschenen Welkom in het Novoceen van James Lovelock (1919) is zo’n boek. Lovelock is wereldwijd bekend geworden door zijn Gaia hypothese - het idee dat de planeet één groot zelfregulerend organisme is waardoor we een koel klimaat hebben ondanks de nabijheid van de zon.
Maar de Gaia-hypothese is zeker niet het enige waar dit boek - dat barst van de originele inzichten - om draait. Er zitten juist veel nieuwe ideeën in dit boek. Ik kies er een uit die er voor mij uit sprong.
We leven in een uniek moment van de geschiedenis. Wat betekent dat in godsnaam?
Volgens Lovelock zijn er drie scharniermomenten geweest in de geschiedenis van de aarde:
Fotosynthese, zo’n 3,4 miljard jaar geleden: hierdoor konden bacteriën voor het eerst zonlicht direct in energie omzetten.
De uitvinding van de stoommachine door Thomas Newcomen in 1712: hierdoor werd voor het eerst in de geschiedenis fotosynthese herhaald. Immers kolen zijn fossiele planten en dus opgeslagen zonlicht, die nu ineens efficiënt in arbeid konden worden omgezet.
De ontwikkeling van AlphaZero in 2017, een computerprogramma dat zichzelf in 24 uur Go en schaak leerde spelen op een niveau ver voorbij dat dan van mensen. AlphaZero markeert volgens Lovelock daarmee het begin van het Novaceen: het tijdperk waarin kunstmatige intelligentie het stokje overneemt van de mensheid.
Drie scharniermomenten dus waarvan de laatste twee slechts drie eeuwen van elkaar verwijderd zijn. De miljarden jaren van evolutie van het leven op aarde waren supersaai. De miljoenen jaren van evolutie van mensen waren supersaai. Pas de laatste 250(!) jaar is kennis explosief gaan groeien. Kortom, eerst gebeurde er heel lang niets en toen ineens alles tegelijk. Waarom ben ik geboren precies op het moment dat alles tegelijk gebeurt? Wat heeft deze bijzondere timing te betekenen?
Dat is zo’n beetje de grootst mogelijke vraag waar ik al langer mee rondliep maar die zich door dit boek opnieuw opdrong.
Wat denk jij dat er aan de hand is?